4WD magazine: Niet gerekend op kou in de Sahara

4WD, mei/juni 1990, eigen tekst.

Niet gerekend op kou in de Sahara

Kunt u het zich nog herinneren, dat we in onze januari-uitgave schreven, dat Rob, Eelco en Richard hun baan opgaven om een jaar door Afrika te trekken ? Wel op 6 januari j.l. zijn de heren vertrokken en 4 weken later al stonden ze in Djanet, in het zuid-oostelijkste stukje van Algerije. Vanuit Djanet dan ook hun eerste verslag.
“We vertrokken naar Afrika via Spanje en namen het pontje van Algeciras naar Ceuta. Vandaar ging onze tocht langs de Marokkaanse kust naar Agadir en via de zuidkant van de hoge Atlas richting Figuig aan de Algerijnse grens. Vanaf hier richting zuid-Algerije, langs de Libische grens krijgt men een goed beeld van de diverse Sahara-landschappen. Gek toch, dat je in alle voorbereidingen de kou over het hoofd heb gezien. Temperaturen tussen de 0 en 5 graden ‘s-nachts zijn hier niet uitzonderlijk en zelfs nachtvorst komt voor.
Probleempje
De eerste technische problemen met onze Toyota Landcruiser liepen we in Djanet op. De elektrische installatie bezorgde ons veel kopzorg en ondanks een dynamo-revisie en de montage van een nieuwe spanningsregelaar wilden onze accu’s niet meer opladen. Met hulp van wat Duitsers, Fransen en een Zwitser ontdekten we de vermoedelijke oorzaak: het feit dat we 2 accu’s aaneengeschakeld hadden, terwijl we diverse apparaatjes op één der accu’s hadden aangesloten. Die accu liep volkomen leeg, maar we wisten niet zeker of we wel goed het oog op de oorzaak hadden. Op dus naar een garage. Of liever gezegd, een soort derderangs fietsenstalling. We hebben dan ook gauw gemaakt dat we daar weg kwamen !


Slechte wegen

Tot nu toe hebben we haast alle soorten wegen en paden gehad, alleen modder ontbreekt nog. In Marokko bleken de wegen over het algemeen goed, zelfs beter dan de buitenwegen in Spanje. Af en toe zit er een flink gat in de weg, maar opletten is altijd het parool.
In de Atlas hebben we een flink stuk off the road gereden. De route was slecht en Berbers die we onderweg tegenkwamen, vertelden ons dat we niet verder moesten gaan. Maar ja, je bent Hollander en eigenwijs en dus…. een stuk verderop: vast in de sneeuw. Met behulp van de lier en veel spierkracht konden we uiteindelijk op onzeschreden terug keren.
De asfaltwegen in Algerije variëren van zeer slecht tot goed. Zuidelijker vooral blijkt het zand op vele plaatsen over het asfalt heen gewaaid te zijn, zodat je beter naast het asfalt kunt gaan rijden.

Ook met stenen bezaaide pistes zijn we al veel tegengekomen. Dat vergt veel van de auto, maar vooral van de banden en de vering. Onze Michelin’s 4×4 houden zich echter perfect, vooral omdat ze voorzien zijn van verstevigde zijkanten. Absoluut onderschat hebben we de klappen, die we met de auto zouden maken. Ingebouwde proviandkastjes vallen steeds open en rekken breken af, terwijl zelfs de klemmen van de motorkap zijn afgebroken.

Vreemde vogels
Grappig is te zien, hoe verschillend de mensen en hun uitrusting zijn, die je onderweg tegenkomt. Er zijn er onderweg met vrachtwagens, de romantici rijden in een lelijke eend en kom je een Peugeot tegen dan zijn het meestal autoverkopers, die een gratis vakantie maken en hun auto elders in Afrika verkopen.
Dan zijn er natuurlijk ook de rijkere Duitsers, die een gloednieuwe auto kopen, deze laten aanpassen voor woestijngebruik en op toer gaan. Wij kwamen er één tegen, die zelfs satellietnavigatie aan boord had, een hangglider en…(gelukkig voor ons) een flesje whisky, hetgeen wij bijzonder op prijs stelden.
De komende maanden staat ons de trip door Niger, Mali, Burkini Fasso, Togo en Benim te wachten.
U hoort nog van ons”.

4WD, mei/juni 1990, eigen tekst.